Anekdote 11: Een bomvolle leegstaande winkel - Emmen - 14-10-2016
Leegstaande winkels zijn eigenlijk heerlijke plekken. Ze liggen vaak heel centraal, zijn zichtbaar en in de tijdelijkheid kan er iets meer dan in de vastigheid. Maar gemeenten en eigenaren zoeken natuurlijk naar manieren om leegstand tegen te gaan. Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie is een Rijksfonds dat ontwerpers en creatieven betrekt bij maatschappelijke vraagstukken: het ¨cultuurfonds voor vormgeving, architectuur, digitale cultuur en de cross-overs daartussen.̈ Ze hadden een programma dat creatieven vroeg om mee te denken over oplossingen voor leegstand.
Stadkwadraat is een adviesbureau dat de financiële kant van gebiedsontwikkeling begrijpt. Naast de menselijke kant van gebied ook best belangrijk. Samen met oprichter Jaap Zijda en stedenbouwkundige Marco Broekmans maken we een plan om in 3 middelgrote steden te gaan puzzelen. Jaap voor het geld, Marco over de ruimte en ik voor de mensen. Zo wandelen we in Emmen en komen in het voormalig dierenpark terecht. Het is een geweldige, wilde broedplaats geworden, ateliers in de oude leeuwenverblijven. In de tropische hal zit een sociale onderneming, er stuiteren allemaal stadmakers door oude apenkooien. We ontmoeten de hoofdstadmaker van Emmen Alya Assen, iedere stad of ieder dorp heeft uiteindelijk altijd een of meer hoofd stadmakers. We wandelen samen door het dierenpark en komen op een nogal voor de hand liggend idee: we gaan een week lang programmeren in een leegstaande winkel in de hoofdstraat van Emmen en iedereen vragen om mee te denken over oplossingen. We bellen de lokale ambtenaren en ontmoeten Kristin, Schwandt. De perfecte kwartiermaker, verbinder, stadmaker binnen het systeem. We ontdekken een leeg pand, bellen de eigenaar en krijgen de sleutel, zo gaat dat. In plaatsen als Emmen in ieder geval.
We beginnen met het plannen van een datum voor de week. Dat werkt altijd heel goed, dan kun je niet meer terug en Alya en Kristin gaan aan de slag om mensen te vragen of ze iets willen doen. Mensen komen stoelen brengen, de plantenwinkel komt langs met planten. We hangen een vel aan de muur waarop we de telefoonnummers van winkeleigenaren van leegstaande panden noteren. Iedere dag is er lunch met een thema. Een lokale gitarist komt binnenlopen en zal iedere dag even spelen, de dansschool kwam dansen en de eenzamen waren een weekje niet meer eenzaam. Ambtenaren zitten er te werken en op donderdag komen de burgemeester en wethouder maar eens kijken waar al hun ambtenaren zijn gebleven. De winkel is een bijenkorf voor een week en verbindingen en ideeën ontstaan: een wisselwinkel waar lokale ondernemers een concept kunnen uitproberen, een stadsplek waar zzp'ers werken en geprogrammeerd wordt, een plek voor kinderen voor de winkelende ouders, een mancave voor de mannen van de winkelende vrouwen. Stichting Plan B wordt opgericht, een antileegstandplatform. Die stichting bestaat nog steeds.
