Anekdote 5: De Gemeente en de Stad - City Boost Heerlen - zomer 2019
In de wachtruimte van de wethouder. Altijd een beetje ongemakkelijk. De vriendelijke maar formele ontvangst, het gevoel dat je een gunst wordt verleend, een aanzienlijk figuur dat tijd voor je maakt. Wethouders zeggen ook vaak af of kunnen ineens niet, ze zijn het systeem tegenover onze leefwereld, misschien is er wel wederzijdse argwaan. Ze zijn de politieke hoofden van beleid, ontwikkeld en uitgevoerd door een ambtelijke organisatie die is trouw aan de wethouder. Een wethouder die, welbeschouwd, een amateur en voorbijganger is ten opzichte van de organisatie maar wel het mandaat heeft. De wethouder die wordt geleid door politieke motieven waar de organisatie moet produceren, realiseren en leveren.
In de wachtruimte van de wethouder dus.
Het VSBfonds heeft een programma Cityboost waarmee ze bewonersinitiatieven steunen en waarbij het bijzondere is dat de stad het zelf moet organiseren. De stad, de bewoners, niet de gemeente. De stad mag projecten zoeken, maken, uitbouwen. De stad kiest en maakt waar, de gemeente helpt. Op deze manier kan het geld veel dieper in de haarvaten van de gemeenschappen komen en gebeurt er al iets heel bijzonders als bewoners meer eigenaarschap hebben van de gelden en manieren waarop die besteed worden.
Bij de eerste editie die het VSBfonds in Almere initieerde, was het lastig geweest om een vorm te vinden waarin dat goed ging. Het had veel tijd en energie gekost. Het VSBfonds had Heerlen uitgekozen voor de tweede ronde van het programma en aan de wethouder voorgesteld om eens met ons te praten, om te kijken of wij konden helpen bij het project. Adriane Keulen was wethouder Wijkgericht Werken in Heerlen, namens de ouderenpartij. Ambtenaren Prosper Henssen en voormalig wethouder, nu ambtenaar, Harry Leunessen schuiven aan. We spreken met elkaar over het programma, over de stad, het wethouderschap. Wij zoeken naar manieren om het verschil tussen stad en gemeente scherp te krijgen, de overheid en de burgers. Wat kan de een goed en wat juist de ander, hoe kan het samen gaan? De Cityboost gaat om 1 miljoen euro over 3 jaar, heel veel geld. We leggen uit dat wij geloven dat ze niet op het stadhuis moeten bedenken hoe dat geld zo goed mogelijk terecht zou kunnen komen maar dat de stad dat zou moeten ontwerpen. De gemeente zou ruimte moeten geven, helpen waar nodig en zeker betrokken maar reactief en niet pro-actief want dan wordt het nooit van de stad zelf. Na een half uur kijkt Adriane ons aan en zegt:¨ goed, ga het maar doen¨. Ze geeft de ruimte, neemt een risico. Ze eigent zich het geld niet toe, ze eigent zich zelfs het proces niet toe. Ze heeft de kracht, het vertrouwen en het inzicht om los te laten, gesteund door Harry en Prosper.
We maken contact met de Stadmakers in Heerlen en omgeving die we kennen en zoeken de organisaties en initiatieven die er al zijn. We willen niet iets nieuws maken maar gebruik maken van wat er al is en werken nauw samen met Prosper en Harry, Stadmaker Vincent Offermans, Linda Frints van Gebrookerbos en Stadmaker Jop Vermeesch. Er ontstaat, in een heel erg korte tijd, een lijst van 60 sleutelfiguren uit Heerlen en we organiseren een bijeenkomst met hen waarin we samen de structuur ontwerpen: welke projecten komen in aanmerking, hoe wijzen we toe, hoeveel, waar vinden we projecten die moeilijk vindbaar zijn, wat voor hulp is er nodig en hoe regelen we dat. Wat doen we niet? Hebben we een rechtspersoon nodig en hoe kan die werken? Die bijeenkomst zullen we niet snel vergeten, ongelofelijk hoe 60 mensen hun tijd vrijmaakten en met geweldige plannen kwamen, enorm snel schakelden; Heerlenaren zijn Rotterdamser dan Rotterdammers, qua poetsen.
Als we bijna klaar zijn zegt iemand:¨ het lijkt wel of we de democratie opnieuw aan het uitvinden zijn¨ en dat is feitelijk ook zo: hoe kan de gemeenschap zelf beslissen over de besteding van middelen? In iedere gemeenschap zijn al heel veel mensen en organisaties actief. Het idee is altijd om niet iets nieuws te maken maar krachten te bundelen en toe te voegen. Erkenning en waardering zijn de allerbelangrijkste ¨currency¨ voor initiatiefnemers, mensen passeren of niet goed betrekken is erg schadelijk voor de processen. De veelheid aan initiatieven leidt ook tot versnippering en soms tot concurrentie, zeker als het om veel geld gaat.
Uit de grote groep komen 10 mensen die mee willen schrijven aan het plan en er voor willen zorgen dat het in letter en geest recht zou doen aan wat we die dag hadden bedacht. Het leidt tot een formele aanvraag bij het VSBfonds, ontworpen door 60 Heerlenaren, geschreven door 10: bewoners en ambtenaren samen. De gewenste coöperatie wordt toch een stichting: Frisse Wind met 4 bewoners én Adriane als bestuur. ¨Samengeraapt, maar daardoor juist heel erg sterk¨ zeggen Adriane en Vincent daarover. Dat is, als je erover nadenkt, heel erg bijzonder, een wethouder in een stichtingsbestuur dat als bewonersinitiatief functioneert.
Adriane zegt daarover, in het gesprek dat we voor dit boek met haar hebben, dat als je als mens meedoet en echt gelijkwaardig werkt, dat heel goed kan. ¨Je bent eerst bewoner en mens en dan heb je misschien nog een rol of functie van waaruit je kunt bijdragen. Ik geloof dus ook niet zo in de tegenstelling systeem-leefwereld; je kunt als mens in een systeem functioneren, daar ligt een belangrijke sleutel.¨ Vincent Offermans, nu inmiddels oud-bestuurslid, legt uit hoe de stichting werkt. Zij hebben scouts die diep in de vezels van de samenleving naar ideeën en initiatiefnemers zoeken en aanvragers helpen en ondersteunen. Ze kiezen ervoor om meer initiatiefnemers te investeren dan in initiatieven, in kennis, kunde en zelfvertrouwen en richten zich met name op mensen die anders moeilijk hun weg naar financiële steun zouden kunnen vinden: jongeren, kinderen, uitkeringsgerechtigden. De stichting bestaat nu 3 jaar, heeft €300.000 verdeeld, 80 projecten ondersteund en is een groot succes. Harry werd burgemeester van Vaals. De Ouderen Partij Heerlen met Adriane als lijsttrekker werd de grootste partij bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2022. Good for Heerlen, behalve dat de partij uit het college wordt gehouden na de verkiezingen. Adriane´s grote kracht is dat ze geen politicus is, maar er is te weinig ruimte voor niet-politici in de politiek en dat is geen kleine constatering.
Goede Doelen, Financiën en Stadmaken
De FIN is de organisatie van goede doelen en hun leden geven per jaar omstreeks € XXX weg. Stichting DOEN ondersteunde alleen al 294 initiatieven met € 32 miljoen in 2021. Zonder de goede doelen fondsen zou een overgroot deel van de maatschappelijke initiatieven in Nederland niet kunnen ontstaan en niet kunnen blijven bestaan. Stichting DOEN, VSBfonds, Oranje Fonds, KNHM en heel veel anderen dragen enorm bij aan de samenleving door hun geld, ondersteuning, netwerk en erkenning in te zetten voor bewonersinitiatieven. Met name bij de start is hun financiering onontbeerlijk en hun steun draagt ook bij aan de positie van een initiatief ten opzichte van andere financiers zoals gemeenten en corporaties. En een toewijzing (of een afwijzing) heeft, in onze ervaring, een ander heel belangrijk aspect: een gevoel van waardering en erkenning. Of juist niet natuurlijk.
De fondsen zijn een belangrijk deel van het ecosysteem en hebben enorme netwerken en ervaring en geweldige mensen maar toch staan ze er ook een beetje buiten lijkt het wel. Best opvallend is dat wij heel vaak programma´s van de fondsen onder de aandacht brengen van de initiatieven in het land die die programma´s niet blijken te kennen. Er zijn veel Stadmakers die de weg naar de fondsen kennen maar ook veel nog niet. Omdat aanvragen en verantwoording soms ook best ingewikkeld is, is de afstand misschien wat groter en dat is vervelend voor juist de kleinere, echte bewonersinitiatieven.
De fondsen gaan, net als gemeenten, om met veel geld en dat vraagt om zorgvuldigheid en ´compliance´ maar dat schuurt soms weer met de processen van een bewonersinitiatief. En, tenslotte, steunen fondsen vaak voor de eerste jaren van een initiatief en moet het daarna op ´eigen benen´ staan maar dat is niet eenvoudig.
In Programma SAMEN, waarover we elders in dit boek schrijven, werken we samen met de fondsen om te kijken hoe bewonersinitiatieven kunnen worden bestendigd, met name door het verbeteren van de samenwerking met de gemeentes. Maar ook de rol van de fondsen zelf nemen we mee, kunnen die meer samenwerken, met elkaar of met gemeenten, kunnen hun procedures nog eenvoudiger, kunnen ze ook strategischer investeren, denk aan een lobbyist die in Den Haag de positie van bewonersinitiatieven bepleit, als voorbeeld.
Voor veel bewonersinitiatieven zijn de fondsen belangrijker dan de overheid; financieel en in de samenwerking. Het maken van een driehoek waarin gemeenten, fondsen en bewoners samenwerken, op basis van gelijkwaardigheid, zou een enorm effect kunnen hebben.